woensdag 29 februari 2012
Vergeten in hout
Was het enkel de specht
die het hout verwondde, zich liet gaan
als was het een zonde tegen wil
en schade rest niets meer dan een stervende,
gedwongen tot overgave, verloren.
Hoor, hoe leven verdwijnt
in een geluidloze zucht en toch
schreeuwend om een wonder.
Zo davert de grond nog eens
en weer kunnen we de ogen sluiten
om alleen achter te blijven
met een afgekloven stilte
in een te grote leegte.
dinsdag 28 februari 2012
zaterdag 25 februari 2012
Voorbij de schemering
Neem mij
bij de hand,
beweeg met de getijden
en dans je hart uit je borst.
Kom, laat ons de wereld
voorbij
en toon je ware gezicht
in mijn dromen.
vrijdag 24 februari 2012
donderdag 23 februari 2012
Vrij
Ze wiegt in mij
als het vuur van de dageraad
laat mij zachter zijn dan dauw
puur, onaangeroerd
verdwijnt niet in de wind
maar lacht en laat de lente zijn
als mijn, een eigen geluid
en alle dagen
hoor ik haar stem
als het vuur van de dageraad
laat mij zachter zijn dan dauw
puur, onaangeroerd
verdwijnt niet in de wind
maar lacht en laat de lente zijn
als mijn, een eigen geluid
en alle dagen
hoor ik haar stem
over de duinen
over de zee
zelfs onder het nachtblauw
ademt ze mijn dromen mee
ze is als goud, lichter dan licht
mijn hart is een vlinder
die zij de vrijheid geeft.
mijn hart is een vlinder
die zij de vrijheid geeft.
woensdag 22 februari 2012
Lac Pavin
Het uitzicht schittert
tussen de smeltende eiken.
tussen de smeltende eiken.
Het roerloze donkerblauwe tapijt
wordt slechts verstoord
door fluisterende sneeuwkristallen
vallend in de peilloze diepte.
wordt slechts verstoord
door fluisterende sneeuwkristallen
vallend in de peilloze diepte.
De zon priemt aan de horizon.
Voor het eerst in lange tijd
horen de wolken haar aan
en varen eerbiedig uiteen.
horen de wolken haar aan
en varen eerbiedig uiteen.
De aarde zuigt aan onze voeten.
Hoger, op de berg
strekt het maagdelijk witte kleed zich uit.
strekt het maagdelijk witte kleed zich uit.
en staart ons onbewogen aan.
Voorzichtig betreden we zijn domein.
Onmiddellijk boren onze voetstappen
diepe kraters in zijn blanke buik.
diepe kraters in zijn blanke buik.
Een nieuwe ijstijd
ontvouwt zich voor onze ogen.
ontvouwt zich voor onze ogen.
De vulkaan zwijgt
en wij spreken slechts met onze adem.
en wij spreken slechts met onze adem.
7 mei 2010
Dichter in de nacht
Er waakt een getourmenteerde jeuk
in mijn nachten die – tevergeefs – met
geen pen te beschrijven zijn.
Ik hang mijn blindheid aan de kapstok,
probeer een nieuwe jas
maar bij het aantrekken krassen
mijn vingers ongecontroleerd
tussen de naden door.
In mijn verlorenheid
ruk ik alle vensters open
in mijn nachten die – tevergeefs – met
geen pen te beschrijven zijn.
Ik hang mijn blindheid aan de kapstok,
probeer een nieuwe jas
maar bij het aantrekken krassen
mijn vingers ongecontroleerd
tussen de naden door.
In mijn verlorenheid
ruk ik alle vensters open
vleugels heb ik – goddank – gisteren al geschreven.
dinsdag 21 februari 2012
Aurora
Niet alle sterren gaan uit dromen
ze maken plaats voor ruimte, dingen
herinneringen geven een slinger
aan dat wat komen gaat
in afwachtende stilte
om haar te zien gaan, warme schaduw
van schoonheid en dauw
bloesem van de dag, opspringend
uit de vacht van de nacht.
ze maken plaats voor ruimte, dingen
herinneringen geven een slinger
aan dat wat komen gaat
in afwachtende stilte
om haar te zien gaan, warme schaduw
van schoonheid en dauw
bloesem van de dag, opspringend
uit de vacht van de nacht.
Een lied zwelt aan
en zij komt op
in haar mantel van licht.
en zij komt op
in haar mantel van licht.
maandag 20 februari 2012
Blauwe dromen
Een zee veroverde
landtongen, golven rolden
langs het gehemelte van de horizon.
landtongen, golven rolden
langs het gehemelte van de horizon.
Het water kantelde
en langs de randen van de tijd
klonk het geklapwiek van vleugelwoorden.
Een gedachtegaal floot zich een regenboog
in een ruimte van gespiegelde zonnen.
in een ruimte van gespiegelde zonnen.
Ik trok het licht aan
en de maan
scheen door mijn dromen.
zondag 19 februari 2012
Maandag, morgen
Ik klim uit de sneeuw
van mijn bergenzachtewinterdekbed
en dwarrel in mijn sokken, scheep
ter waterval en kam de spinnen
uit mijn tapijt.
Er huilt een wolf in mijn binnenste
van mijn bergenzachtewinterdekbed
en dwarrel in mijn sokken, scheep
ter waterval en kam de spinnen
uit mijn tapijt.
Er huilt een wolf in mijn binnenste
het knort in mijn gedachten.
Ik hak mijn ontbijt
uit de rotsen, groet
moeder marmot goedemorgen.
uit de rotsen, groet
moeder marmot goedemorgen.
Alle kelken sperren
hun monden ter hemel
ik drink de zon
en bestijg mijn fiets.
zaterdag 18 februari 2012
vrijdag 17 februari 2012
donderdag 16 februari 2012
Buikvlucht
woensdag 15 februari 2012
Abonneren op:
Posts (Atom)